Bouwen met Staal | Veelzijdig, flexibel, duurzaam Bouwen met Staal

Trillingen

« terug naar Bouwfysica
Trillingen Trillingen

Bij een lichte bouwmethode ligt de keuze voor een lichtgewicht vloersysteem voor de hand. Maar lichte vloersystemen kunnen gevoelig zijn voor trillingen, zo leren ons de houten balklagen die vroeger veelvuldig werden toegepast.

In oude woningen worden trillende houten vloeren als “gewoon” of zelfs “charmant” ervaren. De bewoners van nieuwbouw woningen zijn vaak minder gecharmeerd van een trillende vloer.

De afgelopen jaren heeft een toename in ontwikkelingen op het gebied van lichtgewicht bouwen plaatsgevonden. In het bijzonder in de woningbouw. De verwachting is dat de toepassing van lichtgewicht gebouwconcepten groeit. Voordelen hiervan zijn flexibele indeelbaarheid, gewichts- en materiaalbesparing. Maar ook verkorting van bouwtijd, waardoor het bouwen op krappe binnenstedelijke locaties en op bestaande gebouwen gemakkelijker wordt.

Dit gaf de aanzet voor TNO om samen met een groep partners een ontwerphulpmiddel (met achterliggend rekenmodel) voor geluid- en trillingsoverdracht in lichtgewicht gebouwen te ontwerpen.
TNO heeft samengewerkt met Bouwen met Staal, Corus, FeNB2, Interdam, Reppel, Saint Gobain Gyproc Nederland BV, Saint-Gobain Isover Benelux BV en De Vree en Sliepen BV.

Vloeren zijn te toetsen conform de geldende voorschriften zoals gegeven in NEN 6702 "Technische grondslagen voor bouwconstructies – TGB 1990 – Belastingen en vervormingen". Artikel 10.5.2 Resonantie zegt, dat bij vloeren waarover veel wordt gelopen, zoals vloeren van woningen, kantoren e.d. de eerste eigenfrequentie van de vloer niet lager mag zijn dan 3 Hz. Aan deze eis hoeft niet te zijn voldaan indien de som van de representatieve waarden van de permanente en momentane belasting tenminste 5 kN/m2 bedraagt. Dit laatste is het geval bij de meeste woningvloeren.

Doorgaans voldoen vloerliggers van lichte vloeren aan de in de norm NEN 6702 gestelde eisen. In de loop der jaren is echter gebleken, dat ondanks deze publiekrechtelijke minimumeisen toch hinderlijke trillingen voorkomen. Daarom is in september 2005 door SBR een richtlijn uitgegeven met hogere comforteisen: "Trillingen van vloeren door lopen. Richtlijn voor het voorspellen, meten en beoordelen". Deze privaatrechtelijke eisen kunnen in het programma van eisen van een gebouw worden opgenomen. De nieuwe richtlijn sluit beter aan bij de werkelijkheid en zal een nauwkeuriger inzicht geven in de te verwachten trillingen. Het trillingsgedrag van de vloeren van de optopwoningen is eveneens conform de handrekenmethode van de nieuwe richtlijn getoetst.

Beschikbare literatuur:
• P.H. Waarts. Trillingen van vloeren door lopen. Richtlijn voor het voorspellen, meten en beoordelen, SBR, Rotterdam, 2005, niet gratis beschikbaar, hier te bestellen.
• F. Galanti e.a., Trillingen van vloeren. Ontwerprichtlijn, HIVOSS, 2008, Delft hier gratis te downloaden.
• F. Galanti, Achtergronddocument voor vloertrillingen, HIVOSS, 2008, Delft, hier gratis te downloaden.
• C. van Bentum e.a., Lichter bouwen, geluid- en trillingscomfort, TNO e.a., 2012, Delft hier gratis te bekijken.
• A. Koopman en S. Lentzen, SoViST, ontwerptool voor trillingen en geluid, Level Tools, 2017, Eindhoven hier gratis te downloaden.