Bouwen met Staal | Veelzijdig, flexibel, duurzaam Bouwen met Staal

Onrust op staalmarkt

Aangekondigde prijsverhogingen voor walsingen zorgen voor onrust op de staalmarkt.

« terug naar Nieuws

Omdat staalfabrikanten de hogere grondstoffenkosten doorrekenen aan hun klanten, de meeste fabrieken geen orders meer accepteren voor mei en evenmin duidelijkheid is wat de prijzen in juni zullen zijn, heeft de staalhandel de prijzen al tot twee keer toe naar boven toe bijgesteld.

De Europese staalmarkt gaat een lastig jaar tegemoet, kondigde kredietbeoordelaar Fitch al in 2015 aan. De vraag naar staal zal stijgen, geholpen door de aantrekkende economie van de eurozone. Alle belangrijke sectoren voor de vraag naar staal, de bouw, automotive en de machine-industrie, zullen naar verwachting verdere groei laten zien in 2016, aldus Fitch.

Aan de onrust ligt een complex aan kostprijsbepalende factoren ten grondslag. Ten eerste de beschikbaarheid van voormateriaal (coking coal en ijzererts), terwijl de vraag ernaar aanhoudt en dus een tekort ontstaat. Gevolg daarvan is weer een verhoging van de schrootprijzen. Daarnaast is de doorlooptijd in de fabrieken flink korter, dan voor de crisis. Vraag en aanbod zijn nu zo in balans, dat nervositeit optreedt.

Of de verhogingen stand zullen houden, is dan ook onderwerp van speculatie. Als de prijzen te hoog blijven, wordt import immers weer interessant. Maar ook in China, dat een dramatische jaar achter de rug heeft, is een prijsstijging gaande, onder meer onder invloed van de sluiting van veel staalfabrieken door de veelbesproken overcapaciteit en teruglopende vraag. Maar gisteren karakteriseerde een woordvoerder van Nippon Steel de rappe stijging van de prijzen in China als ‘niet houdbaar’, omdat het land zelf onvoldoende tekenen van economisch herstel vertoont.

Op VraagenAanbod.nl werd eerder deze maand al een analyse van de situatie gemaakt: ‘De hogere erts- en schrootprijzen dwingen ook de Chinese staalmakers hun prijzen te verhogen, net zoals zoveel fabrieken in andere exportlanden. Het gevolg is dat veel Europese afnemers toch maar weer aankloppen bij fabrieken binnen de EU. Die zien hun portefeuille daardoor weer goed vol lopen en nemen de kans waar om prijsstijgingen door te voeren. De meeste eindverbruikers hebben lang geaarzeld om hogere prijzen te betalen, maar beginnen nu langzamerhand de nieuwe werkelijkheid in te zien.’

De prijsstijgingen van voormateriaal zijn op dit moment ijzererts (82%), kolen (33%), schroot (30%).